Wat zijn de doelstellingen?

In 2026 voorzien we de realisatie van woningen op de locaties Witte Dorp, Admiraalsplein, Stadswerven – gebied het Wantij, Leerpark 6b, Amstelwijck – Refaja, V&D pand, Gezondheidspark Middenzone fase 1, Oudland, Bouwhuyslocatie, Karel Doormanweg, locatie voormalige speeltuin vereniging en M.H. Trompweg. Verder starten we met voorbereidende werkzaamheden in het gebied Spuiboulevard: Crownpoint, stadskantoor en Hellingen.

We richten ons op alle soorten, typen en segmenten woningen. Het gaat om zowel een toename van het aanbod in kwalitatief goede sociale huurwoningen als (betaalbare) koopwoningen. Ook voegen we woningen toe in het hogere segment die zowel de hogere inkomens bedienen als voor doorstroming zorgen op de woningmarkt. Deze doorstroming zorgt er dus voor dat we meerdere doelgroepen aan een woning kunnen helpen. De voortgang van de woningbouw monitoren via de zogeheten realisatiemonitor.

Het doel van de regionale realisatie agenda is dat Rijk, provincie en regio’s/gemeenten samen afspraken maken over kwantitatieve en nadrukkelijk ook kwalitatieve doelstellingen en het oplossen van de kritische succesfactoren om de voortgang/versnelling van de woningbouw te kunnen realiseren. Dordrecht valt binnen de regio Drechtsteden en is daarmee onderdeel van de samenwerkende regio’s: Alblasserwaard, Drechtsteden, Goeree-Overflakkee en Hoeksche Waard. De actualisatie van de regionale realisatie agenda (RRA) stond eerder gepland voor 2025, maar door onduidelijkheid in de planning van het ministerie van VRO en de provincie is deze doorgeschoven naar 2026.

Het Rijk wil de regie op de volkshuisvesting versterken middels de Wet Versterking Regie Volkshuisvesting. Wanneer deze in werking treedt moeten gemeenten de afspraken uit de regionale realisatie agenda (woondeal) verankeren in een volkshuisvestingsprogramma. Dit vraagt om het herijken van het huidige regionaal en lokaal beleid rondom wonen. Hiermee starten we in 2026.

De verhuurverordening wordt eind 2025 ter besluitvorming voorgelegd aan de gemeenteraad en treedt in 2026 in werking. Na inwerkingtreding verstrekken we verhuurvergunningen aan particuliere verhuurders van woonruimten in aangewezen wijken in Dordrecht. En aan particuliere verhuurders van verblijfsruimten voor arbeidsmigranten in de gehele gemeente. Het doel van de verhuurverordening is om ongewenste verhuurpraktijken te voorkomen en een eerlijke en veilige woning en woonomgeving te creëren voor huurders.

We leggen in het vierde kwartaal van 2025 de leegstandsverordening voor aan de gemeenteraad, en implementeren deze in 2026. Het doel van een leegstandverordening is het tegengaan van leegstand van woningen en gebouwen, om zo de leefbaarheid en woningnood in een gemeente aan te pakken. Dit wordt bereikt door eigenaren te verplichten leegstand te melden en in gesprek te gaan met de gemeente over mogelijke oplossingen, zoals verhuur of verkoop.

Het programma Stadsas bestaat uit drie projectgebieden langs het spoor en de MIRT-verkenning Oude Lijn. Gebieden langs het spoor zijn in beginsel de locaties waar op duurzame wijze aan stedelijke verdichting wordt gewerkt. Voor Maasterras fase 1 werken we toe naar een onherroepelijk bestemmingsplan, afstemming met publieke partners over de vervanging van de aanlanding naar de brug en bereiden we de samenwerking met private partners voor. Voor de gebiedsontwikkeling Knoop Leerpark onderzoeken we de verstedelijkingsmogelijkheden en stellen een ontwerp-omgevingsplan op voor de komst van het station Leerpark uit de MIRT-verkenning. In het gebied rondom station Dordrecht wordt onder andere een ontwerp-omgevingsplan opgesteld in relatie tot de spoorse investeringen uit de MIRT-verkenning en faciliteren we particuliere initiatieven zoals de bouw van Nieuw Thureborgh.

Na vaststelling van de Dordtse omgevingsvisie 2.0 gaan we in gesprek met (markt)partijen om kansen op potentiële locaties op te pakken. Voorbeelden hiervan zijn het verdichten bij stationsgebied Stadspolders en het optoppen van verschillende eigendommen van Trivire. Op verschillende locaties voeren we onderzoek uit naar de mogelijkheden om woningbouw toe te voegen. Dit speelt onder meer op de locaties Zuidendijkzone (Troelstraweg, Ruys de Beerenbrouckweg), PZC Crabbehoven, PZC Koningsstraat en gebied ten oosten van Stadswerven.

Om in de toekomst woningen te kunnen blijven realiseren, moeten we gaan bouwen binnen het CO2-budget. In 2026 werken we aan standaardisering van de uitgangspunten voor Paris Proof bouwen in onze projecten. We nemen deel aan de City Deal Toekomstbestendige Gebiedsontwikkeling en laten circulaire en klimaatneutrale maatregelen landen in onze projecten en beleid.

Om goed te kunnen beoordelen wat wenselijk is in het Dordtse buitengebied zijn concretere handvatten nodig. Het abstractieniveau van de Omgevingsvisie 2.0 is te globaal hiervoor. Daarom stellen we een afwegingskader buitengebied op. Het doel van het afwegingskader is om ruimtelijke keuzes in het buitengebied op een gestructureerde, transparante en toekomstbestendige manier te kunnen maken. In het bijzonder helpt het bij het bepalen waar wel en waar niet gebouwd of ontwikkeld kan worden, rekening houdend met factoren zoals landschappelijke kwaliteit, natuur, landbouw, recreatie, energietransitie en klimaatadaptatie.

Tennet is via het Dordtse grondgebied op zoek naar tracés voor zowel 380 kV als 150 kV hoogspanningsleidingen. Daarnaast is Stedin op zoek naar locaties voor een nieuw middenspanningsstation. Verder spelen er ontwikkelingen en uitbreidingen bij bestaande stations. Deze hoogspanningsleidingen en middenspanningsstations kunnen leiden tot negatieve effecten op onze inwoners, ondernemers en natuur. Daarom volgen we de ontwikkelingen en onderzoeken op de voet en nemen we deel aan de verschillende overlegtafels om de belangen van Dordrecht te behartigen.

Vanuit het programma Stadsas Dordt werken we mee aan de MIRT-verkenning Oude Lijn. Voor Dordrecht gaat de MIRT-verkenning enerzijds om de gewenste realisatie van het extra station Leerpark (deelstudie CS/NS), anderzijds om investeringen in het bestaande station en -omgeving Dordrecht (Knoop Dordrecht). Eind 2025 zijn de voorkeursalternatieven opgesteld. In 2026 wordt door de rijksoverheid het voorkeursbesluit genomen en een bestuursovereenkomst opgesteld.

Om te kunnen blijven investeren in mobiliteitsoplossingen gaan we een mobiliteitsfonds opzetten, waarvoor we een verordening en tarieventabel opstellen. We streven er naar dit in Q3 2026 ter besluitvorming voor te leggen aan de gemeenteraad. Hiermee kunnen ontwikkelaars hun zorgplicht verleggen middels een afkoopsom van de parkeernorm of een bijdrage voor mobiliteitsmaatregelen naar de gemeente. Hiermee kan de gemeente mobiliteitsmaatregelen realiseren waaronder het realiseren van fietsvoorzieningen, collectieve fietsparkeervoorzieningen in de binnenstad, deelmobiliteit, aanvullend OV en parkeergarages.

In het mobiliteitsplan Dordrecht 2040 zijn de ambities voor lopen, fietsen, deelmobiliteit, OV en autogebruik stadsbreed geformuleerd. Deze doelen werken we op wijkniveau uit. We starten met de oostelijke stadsdelen en het centrum van Dordrecht.

We werken aan de uitvoering van het uitvoeringsprogramma Fiets 2023-2026, waaronder het verbeteren van het fietsnetwerk en het fietsparkeren in de binnenstad. Met de komst van het Dordthuis komt er ook een openbare fietsenstalling bij. Daarnaast stellen we een businesscase voor robuuste toekomstbestendige fietsparkeervoorzieningen in de binnenstad op. In 2026 starten we de planvorming voor het verbeteren van de fietsroutes op de Toulonselaan, Krommedijk en Hugo van Gijnweg. Er wordt gestart met het ontwerp van fietspad Amstelwijk-Station Zuid. Voor de Metropolitane Fietsroute Rotterdam – Dordrecht wordt in 2026 een begin gemaakt met de eerste deelroutes. Daarbij is het project Maasterras qua tijdspad bepalend voor de aansluiting op het Zwijndrechtse deel.

We willen bijdragen aan een gezondere en duurzamere leefomgeving. We streven naar een vermindering van het aantal vervoersbewegingen in de binnenstad, om zo de aantrekkelijkheid en leefbaarheid van het gebied te behouden en te versterken. Om dit te bewerkstelligen wordt in Q4 2025 het invoeren van een Zero-Emissiezone zone Stadslogistiek, binnen het gebied begrensd door Spuihaven, Kalkhaven, Oude Maas ter besluitvorming, voorgelegd aan de raad. Vervolgens treedt deze maatregel in 2026 daadwerkelijk in werking.

We willen in Dordrecht het fietsgebruik stimuleren onder bewoners en bezoekers. Dit ondersteunt de duurzame mobiliteit in de gemeente. We zetten actief in op het stimuleren van fietsen (en wandelen) volgens het STOMP-principe. Fietsen is immers een gezond vervoersmiddel en verminderd het aantal vervuilende verkeersbewegingen in de stad. De campagne zal zich richten op bewustwording, gedragsverandering en het verbeteren van fietsvoorzieningen. Denk bijvoorbeeld aan: social media, samenwerkingen met scholen en werkgevers, verbetering van de zichtbaarheid en vindbaarheid van de fietsenstallingen.

In 2026 wordt het Dordthuis inclusief parkeergarage onder het gebouw geopend. Met deze opening verschuift bewoners parkeren van de parkeergarage Achterom naar garage Dordthuis en ontstaat meer capaciteit voor bezoekers parkeren in Achterom. Ook wordt een tijdelijk parkeerterrein bij het Maasterras gerealiseerd. Verder treffen we voorbereidingen voor de sloop en nieuwbouw van de Spuihavengarage die in 2027 gepland staat. Ook starten we met de voorbereidingen voor het realiseren van een bovengrondse parkeergarage met woningbouw op het parkeerterrein aan Steegoversloot\/Stek\/Schoolstraat. Deze schuifoperatie kan op enkele plekken voor tijdelijke extra parkeerdruk zorgen. Daarom zetten we ons in om te komen tot een betere benutting van ‘verborgen' parkeercapaciteit’. Zo zetten we in op optimalisatie van de bestaande parkeercapaciteit op straat en in de parkeergarages conform de schuifoperatie. En zetten we in om samen met het binnenstadsbedrijf private parkeerplekken op bijvoorbeeld kantoorlocaties op piekmomenten ook inzetbaar te maken voor het parkeren door anderen.

Via de inzet van de coördinator denken we mee over de informatievoorziening naar inwoners, bezoekers en ondernemers en beoordelen we het maatregelenpakket. Verder treffen we waar nodig aanvullende maatregelen, zoals de aanleg van een fietspad naar de aanleglocatie van de tijdelijke veerpont.